Snelschaken

Snelschaakavond ronde 1:  maandag 30 januari 2022

“Sommigen wilden 5 minuten per persoon, andere 10 minuten… Dan wordt het 7 minuten per persoon,” aldus oordeelde wedstrijdleider Jan als een ware koning Salomon, en van dat pad was hij nog naar de ene, noch naar de andere kant af te brengen…

En zo beleefde we een unicum in de geschiedenis van De Kentering. Of we dat allemaal wel voldoende beseft hebben? In ieder geval hebben we van een heerlijk avond met veel schaken genoten waarin maar liefst 63 potjes schaak zijn gespeeld door de 14 deelnemers.

Snelschaken, een weinig harmonieuze bezigheid…

Veel halsbrekende toeren, tragische wendingen en vallende vlaggen later stond er een ex aequo overwinning van Leon en Ton op het scoreblok van Jan: Beiden met 8 punten uit 9 partijen. En vlak daarachter drie achtervolgers met 7 punten; de tweede ronde op maandag 10 juli zal beslissen wie zich de snelschaakkampioen van seizoen 2022-2023 van De Kentering mag noemen.

Zie voor de complete eindstand de pagina 2022-2023 Snelschaken

Naam Punten
Leon ter Beek 8
Ton Snoeren 8
Nico van Brakel 7
Tom Fürstenberg 7
Johan Knuvers 7

Stukkenjagers C – Kentering B 3-1

Door Luigi De Mas
Onze tegenstander was koploper in onze groep en had zelfs tegen hun B team gewonnen, dat in dezelfde klasse is ondergebracht. We waren dus gewaarschuwd.
Aangezien ik voor het eerst eens als eerste klaar was met mijn partij en dat bovendien met een vol punt, kon ik de andere partijen wat meer volgen dan gebruikelijk en daar verslag van doen.
Ik stel overigens niet dat mijn commentaar volledig en correct is, want ik heb ook langere perioden beneden in het restaurant zitten praten en dat niet alleen over schaken.

Welnu:
1. Mark op bord 2 (zwart). De stelling zag er aanvankelijk best aardig uit voor hem. Hij had initiatief op de damevleugel. Wat mij wat zorgen baarde was dat hij zijn paarden geconcentreerd had op die vleugel. Ze zouden niet kunnen dienen als verdediging als wit in het centrum of op de koningsvleugel zou doorstoten. Dat is helaas precies wat er gebeurde. Op een gegeven moment brak wit door met twee verbonden vrijpionnen in het centrum en daar konden de torens met koning van zwart niet tegenop.

2. Peter aan bord 3 (wit). De stelling zag er lange tijd uit zoals vaak het geval is bij hem. Hij had onlangs een dergelijke stand tegen niemand minder dan Ton Snoeren remise gehouden, dus dit zag er positief uit.
Wat er precies gebeurde heb ik niet kunnen volgen, maar opeens vielen er gaten, waar de paarden van de tegenstander fijn in konden springen. Peter slaagde er nog in af te wikkelen naar een stand met slechts een kwaliteit minder, maar dat bleek toch niet voldoende te zijn.

3. Andreas op bord 4 (zwart). Aangezien de stand virtueel dus 2 – 1 was in ons nadeel hing het van Andreas af of we er nog 2 – 2 van konden maken. Dat heeft er zeker in gezeten want het eindspel, met een slechte loper voor wit en een goed paard voor Andreas, stond gewonnen naar mijn oordeel. Andreas kon vrij simpel een vrijpion creëren die wit de loper gekost zou hebben en de partij. Ik ben daar zo stellig in, aangezien ik met de heren dat eindspel heb bekeken.
Naderhand begreep ik dat Andreas aan hetzelfde euvel lijdt als ik na een lange dag met als afsluiting enkele avonduren achter het bord. Schakers zoals wij zien eigenlijk normaal al te weinig, maar dat weinige wordt gaandeweg ook nog onscherper.

4. Luigi (bord 1, wit). Ik trad niet aan tegen hun gebruikelijke bord 1 speler, voor wie ik door Mark vooraf gewaarschuwd was.  Dat bleek echter niet het geval. Sterker nog, na enkele zetten kreeg ik de indruk dat ze op het laatste moment een invaller hadden moeten organiseren, want na de zetten1.  e4 – e5   2. Pf3 – Pc6 en 3.  Lb5 herkent iedereen de Spaanse opening en als je die met zwart speelt dan is het opmerkelijk als je dan al minstens 10 minuten bedenktijd gebruikt. Mijn tegenstander deed dat echter wel, dat niet mocht baten. Hij bleef een gedrongen stelling houden, met opgesloten lopers, wat mij de gelegenheid gaf om met vervelende zetten de druk te blijven handhaven.
Op zet 21 stond de volgende stand op het bord.

En toen gebeurde wat ik nooit meemaak. De tegenstander gaf op en probeerde niet na Le8 met een kwaliteit minder nog 50 zetten door te melken tot de tegenstander geïrriteerd raakt of de concentratie verliest en de partij nog gered kan worden. Hij gaf trouwens op zonder zijn teamleider te raadplegen. Iets dat ik uiteraard nooit zou doen.
Naderhand, bij een genoeglijk gesprek in het restaurant, bleek dat mijn tegenstander allerminst een last minute invaller was maar iemand met een rating van tegen de 1700.
Ik ben dus eigenlijk aan een groot gevaar ontsnapt want als hij vanuit de stelling de beste zetten had gedaan was hoogstens een remise haalbaar.
Met de virtuele winstpartij van Andreas hebben we dus toch in objectieve zin met 2,5 – 1,5 verloren. Daarom dus niet getreurd.
We staan in de groep als laatsten, zelfs onder OSV waar wij onze enige winstpartij aan te danken hebben.
Nog twee partijen te gaan. Tegen de middenmoters in de groep. Alles is nog mogelijk.

Caféschaakanalyses

Roel Jongenelen, Loek Mostertman en Pieter Roos waren dinsdag 17 januari afwezig bij het Caféschaken;  Zij speelden deze middag ook, maar …. bij het Tata Steel-schaaktoernooi! Evenals Tom Fürstenberg trouwens, dus weer een waardig contingent van De Kentering en Hevo spelers daar in Wijk aan Zee!

Op de pagina Caféschaak Partij-analyse vind je de partijbespreking van dinsdag 17 januari door Ton Snoeren die tijdens de afwezigheid van Loek Mostertman de honneurs waarneemt. Het is de partij in de 8e ronde van het USSR Kampioenschap in 1949 Bronstein-Keres, een spectaculaire partij die door tijdgenoot Botwinnik beschreven werd als ´koffiehuisschaak´ vanwege de niet overtuigende aanval, maar die toch gewonnen werd door de plotselinge wending na een fout van Keres op de 30e zet. Een gelukje of niet: zeer de moeite waard om na te spelen en te analyseren!

De volgende ronde van het Caféschaken is op dinsdag 24 januari. 

Odysseus op het schaakbord

Door Leon ter Beek

Vorige week schreef ik een stukje over een wandelkoning. Deze week konden we in de interne competitie de overtreffende trap van dit verschijnsel waarnemen, in een sensationele partij die veel bekijks trok.

In de partij tussen Hans van Eijk en Marc Smits verloor de witte koning zich in de onmetelijkheid van het schaakbord op een manier die de zwerftochten van zijn ambtgenoot Odysseus, zo’n 3.300 jaar geleden, in de schaduw stelt. Odysseus, de koning van Ithaca, deed er na de oorlog om Troje, die al tien jaar had geduurd, nog eens tien jaar over om herenigd te worden met huis, haard en (eventjes nog) hond.

Zo’n happy end was de witte koning in deze partij niet beschoren! Na ontelbare avonturen moest hij in den vreemde het loodje leggen. Ik neem de rol van Homerus op mij en beschrijf de tocht van de monarch van Hans, op zoek naar huis, maar zich steeds verder in de afgrond begevend. Speel mee en huiver!

Wit heeft de hele partij gewonnen gestaan, maar zwart heeft het hem zo lastig gemaakt dat hij er uiteindelijk nog de winst uit wist te slepen. Een sensationele en enerverende partij!

De kracht van twee lopers

Door David Bruggeman

Maandag mochten we eindelijk weer aan de bak, en ik had er na de lange schaakpauze ook weer echt zin in. De stemming op de club voelde als warm bad: nieuwjaarswensen alom, uitwisseling van nieuwtjes en een geconcentreerde schaaksfeer rondom de vier borden van het tweede team, dat een inhaalwedstrijd speelde tegen Grenslopers 1 uit Goirle. (Mooi gewonnen mannen. 2,5-1,5 in vier spannende partijen: gefeliciteerd!).

Ik trad aan tegen Luigi de Mas. Het werd een partij waarvan je hoopt dat je ze soms mag spelen: een duidelijk plan, dat ook nog lukt en afgerond kan worden met een mooie combinatie.

Twee sterke lopers spelen een hoofdrol, en zijn ook als schaakthema interessant. Het is een bekende wijsheid: twee lopers zijn vaak sterker dan paard en loper, maar hoe verzilver je zo’n vermeend voordeel dan? Vanaf het moment dat Luigi zijn loper ruilde tegen mijn paard op c6 wilde ik proberen dat goed uit te denken. En met enige hulp van Luigi lukte het ze goed in stelling te brengen.